7152 Ligt er al 200 jaar

Tijdens schoolvakanties in mijn kinderjaren (1947-1953) speelden wij vaak in de grote achtertuin die lag achter mijn geboortehuis. Zo groeven we op een gegeven moment een flink gat. We ontdekten dat er onder de laag zwart zand een laag geel zand zat. Wij groeven dieper en kwamen met onze klompjes in het water te staan. Uiteraard vertelden we ‘onze ontdekkingen’ aan ons moeder. Zij genoot ervan dat wij zo aan het ravotten waren in de tuin.

Maar . . . Toen vader thuiskwam van zijn werk was die niet zo enthousiast, toen hij het gele zand verspreid zag liggen rondom het grote gat. Op geel zand groeien namelijk geen groenten; dus werd het gele zand bijeen geschrapt en in het gat gegooid. Het gat werd daarna gedempt.

Aan bovenstaande moest ik denken toen ik in het weekend het bericht zag: Dit 120 kilometer lange kanaal is volledig met de hand gegraven

Het is 122 kilometer lang, loopt van Maastricht tot Den Bosch en doet onderweg Maasmechelen, Bree, Weert, Helmond  en Veghel aan. Dit kanaal, de Zuid-Willemsvaart, is in slechts vier jaar tijd tussen 1822 en 1826 gegraven. Een ongekende prestatie, zeker als je beseft dat er geen machine aan te pas is gekomen.
Zo'n zevenduizend mannen, vrouwen en kinderen hebben het met de hand, schop, kruiwagen en mand voor elkaar gebokst.
Er worden arbeidsmigranten ingeschakeld. Mannen, vrouwen en kinderen (in die tijd keek men niet zo nauw en was kinderarbeid heel normaal) uit onder meer het Belgische Wallonië, Drenthe en Holland melden zich. Ze vinden onderdak in gammele, houten hutjes die langs de route zijn opgetrokken.

Afgelopen zaterdag werd in een paar plaatsen stil gestaan bij het 200 jarig bestaan van de Zuid-Willemsvaart, het kanaal dat ook onze woonplaats zoveel welvaart bracht.

Tja . . . het gat in onze tuin werd gedempt, maar het met de hand gegraven kanaal ligt er al 200 jaar

FOTO: Brabants Dagblad

 

7117 Tante Pollewop

Tante Pollewop droeg vaak een hoed met een veer – dat was een van haar meest herkenbare kenmerken.
Ze was klein en gezet, met stevige benen en een kordate houding. Had een rond gezicht, met een expressieve mimiek – vooral verontwaardiging, nieuwsgierigheid en verbazing komen vaak terug. Ze had kort en krullerig haar.
Ze droeg degelijke  jurken, soms met bloemenmotief of in ouderwetse snit, vaak met een handtas. Ze straalt iets burgerlijks, maar ook iets eigenzinnigs uit.
Tante Pollewop was een kordate tante, met een mengeling van moederlijke bezorgdheid en brutale nieuwsgierigheid. Ze bemoeide zich overal mee en was totaal niet onder de indruk van wereldleiders, ruimtewezens of andere absurde figuren.

Na het succes van de strip de Avonturen van Pa Pinkelman en Tante Pollewop schreef Bomans nog het boek De Avonturen van Tante Pollewop. In het boek beleeft Tante Pollewop allerlei avonturen.
Zo is er een verhaal waarin Tante Pollewop besluit dat ze naar de maan wil, en regelt daar op haar eigen chaotische manier vervoer voor. In een ander verhaal is ze verwikkeld in een conflict met de burgemeester omdat ze zich niet aan de regels van de stad houdt.

ChatGPT schreef voor mij een verhaaltje dat zo uit het boek overgenomen had kunnen zijn . . .

Tante Pollewop en de Postduif met Keuzestress
Op een ochtend besloot Tante Pollewop dat ze voortaan haar brieven per postduif zou versturen. “Postzegels zijn veel te duur,” zei ze, terwijl ze een duif een theelepel jam voerde. “En bovendien zijn postbodes altijd zo vermoeid. Dat straalt af op de brief.”

Ze nam plaats op haar dak, gewapend met een schrijfmachine, een stapel briefpapier en een zak rozijnen voor de duif. Maar het beest weigerde te vertrekken. Hij bleef koppig op haar schouder zitten en keek haar verwijtend aan.

“Wat is er nu weer?” vroeg Tante Pollewop ongeduldig.

De duif zuchtte. “Ik weet niet naar wie ik het eerst moet. Je hebt twaalf brieven geschreven. De één wil ik liever niet zien, de ander woont boven een kattenwinkel, en de derde woont in België.”

“Ach,” zei Tante Pollewop, “maak dan maar een eigen route. Kies het avontuur!”

De duif fladderde op, draaide drie rondjes in de lucht, en kwam weer terug. “Ik heb besloten nergens heen te gaan. Ik begin aan een sabbatical.”

Tante Pollewop knikte bewonderend. “Eindelijk een postduif met ruggengraat.”

Tja . . . ZO herinner ik me Tante Pollewop

7115 Alles klinkt indrukwekkender in het Latijn

Op de Mulo en op de Kweekschool heb ik naast Nederlands ook mogen ruiken aan de talen Duits, Engels en Frans. Maar omdat je jaren later de taal niet meer gebruikt, verdwijnt een groot deel van de aangeleerde woordenschat uit je geheugen. Dat is wel jammer.

Op zeer vroege leeftijd kwam ik al in aanraking met Latijn. In de kerk werden tijdens de vieringen door de voorgangers uitsluitend gebeden in het Latijn. Pas in de 60-er jaren van de vorige eeuw werd de mis in de landstaal opgedragen.
Toen ik op 7-jarige leeftijd misdienaar werd , diende ik alle gebeden in het latijn van buiten te kennen. Het is een hele toer geweest om (samen met mijn moeder) alle Latijnse gebeden er in te stampen. Als misdienaar diende je op alle oproepen van de priester in het Latijn te antwoorden.
Ik kan me nog herinneren, dat ik vooral met het Suscipiat heel veel moeite had om dat er in te stampen.

Suscipiat Dominus sacrificium de manibus tuis ad laudem et gloriam nominis sui, ad utilitatem quoque nostram, totiusque Ecclesiae suae sanctae. Amen.

Aan bovenstaande moest ik denken toen ik zaterdagmorgen gedeelten van de uitvaart van Paus Franciscus op het Sint Pietersplein in Rome op de tv zag. Hoewel er ook gebeden, lezingen, gezangen in het Italiaans en Engels langs kwamen hoorde je veel in het Latijn.

Als nazaat van het Rijke Roomsche Leven klonk het toch wel bekend in mijn oren.

Tja . . . Omnia dicta fortiora si dicta Latina.
Alles klinkt indrukwekkender in het Latijn.

AMEN

 

7114 Puk en Muk

Puk en Muk zijn de hoofdpersonen uit een reeks Nederlandse kinderboeken die geschreven werd door Frans Fransen, een pseudoniem van de Tilburgse frater Franciscus van Ostaden (1896–1961).

Puk en Muk zijn twee kleine jongens die samen met een heleboel “broertjes” wonen in het huis van Klaas Vaak, in het derde straatje achter Luilekkerland. Alle jongens zijn neefjes van Klaas Vaak. Er woont ėėn zusje bij hen, genaamd Lolly, maar zij wordt in het verhaal “Muk de drakendoder” omgedoopt in Jennemieke.
In een aantal verhalen vormen ze samen met hun zwarte broertje Moortje een trio (o.a. Puk en Muk en Moortje naar Amerika).

Ik kan me nog herinneren dat ik aan de lippen van de onderwijzer van de tweede klas van de lagere school hing als hij als afsluiting van de schooldag weer voorlas uit een van de boeken van Puk en Muk.

7112 Sjors en Sjimmie

Sjors en Sjimmie is een langlopende stripreeks, uitgegeven in Nederland. In de strip staan twee jongens centraal: Sjors en Sjimmie, onafscheidelijke vrienden en kwajongens die spannende avonturen meemaken. Er zijn zowel een-pagina-strips als langere vervolgverhalen waarin ze een echt avontuur beleven verschenen.

Ik volgde de strip destijds tijdens mijn jaren op de lagere school in een jeugdweekblad. De ouders van een klasgenoot die bij ons in de straat woonden waren geabonneerd op het weekblad. Als de bladenman op woensdagmiddag het blad bezorgd had, verslonden wij de avonturen van Sjors en Sjimmie.

Vooral de Rebellenclub zit nog goed in mijn geheugen. De Rebellenclub van Sjors en Sjimmie.

7111 Basiliek van Santa Maria Maggiore

Afgelopen dagen zagen we i.v.m. het overlijden van de paus veelvuldig beelden van het Sint Pietersplein in Rome op de televisie.
De beelden herinnerden ons aan onze Romereis in april 2024, nu precies een jaar geleden.

Wij hebben ook gelopen over het immense plein en hebben ook de aangrenzende Sint Pietersbasiliek van binnen bewonderd. Destijds stonden er géén banken of stoelen in de basiliek. Het plein daarentegen stond vol met (lege) stoelen.

Op de laatste dag van ons bezoek aan Rome heb ik ook nog de Basiliek van Santa Maria Maggiore bezocht. De basiliek waar Paus Franciscus begraven zal worden.
Ik begrijp wel dat de paus deze basiliek heeft uitgekozen. Niet alleen vanwege zijn voorkeur voor de prachtige icoon van Maria; maar ook vanwege de rijkelijk versierde basiliek als geheel.
Ik kwam destijds niet uitgekeken daar in de basiliek van Santa Maria Maggiore

7110 Wipneus en Pim

De kabouters Wipneus en Pim zijn de hoofdpersonen van een Nederlandse kinderboekenserie die uitkwam in de periode 1948-1985. De boeken zijn door verschillende auteurs geschreven, onder varianten op het pseudoniem ‘B. van Wijckmade’. De verhalen van Wipneus en Pim spelen zich af in Kabouterland; een gebied in de grote wereld van elfjes, heksen en andere bijzondere figuren.

De eerste zes boekjes werden geschreven door Broeder Bruno van der Made, lid van de congregatie van de Broeders van de Onbevlekte Ontvangenis van Maria (Broeders van Maastricht) in het stadsdeel Wyck in Maastricht.

In totaal zijn er vijf auteurs geweest van de Wipneus en Pim-boeken, elk onder een ietwat verschillend pseudoniem waarbij de tweede letter de naam van de auteur vertegenwoordigde:

    • B. van Wijckmade – Broeder Bruno, Bruno van der Made (Leonardus Marie Engelbertus van der Made) (6 boekjes)
    • B.J. van Wijckmade – Broeder Jozefus, Sjef Haenen (Josephus Antonius Haenen) (8 boekjes)
    • B.W. van Wijckmade – Broeder Wichard, Willie van der Looij (Wilhelmus Adrianus van der Looij) (3 boekjes)
    • B.A. van Wijckmade – Broeder Alfried, Hein Fest (Hendrikus Johannes Fest) (3 boekjes)
    • B.G. van Wijckmade – Broeder Gregorio, Ed Pieters (Edward Antoon Marie Pieters) (17 boekjes in de periode van 1967 tot en met 1985)

Ik kan me niet meer herinneren of ik boekjes van Wipneus en Pim gelezen heb of dat er op school uit voorgelezen werd. Ik denk het echter wel.

Tijdens een les letterkunde op de kweekschool vertelde de leraar dat hij de schrijver was van de boekjes. Broeder Bruno oftewel B. van Wijckmade, Bruno van der Made. Hij had de boekjes geschreven toen hij les gaf op een lagere school in Wijck, een stadsdeel van Maastricht.
Vijf broeders hebben in totaal een kleine 40 boekjes geschreven. Omdat de broeders steeds andere taken kregen, werd het schrijverschap steeds door gegeven. De laatste schrijver Broeder Gregorio, Ed Pieters schreef 17 boekjes maar kwam in het nieuws omdat hij ooit veroordeeld is vanwege kindermisbruik
Ik kwam hem ook tegen toen ik destijds het Rapport Deetman las over kindermisbruik in de katholieke kerk.
Bruno van der Made, de schrijver van de eerste boekjes, is later algemeen overste van de congregatie geworden. Hij stierf in 2001.

Tja . . . door wat uitleg in een les Letterkunde op de kweekschool keek ik ineens heel anders aan tegen de boekjes van Wipneus en Pim

7108 Pa Pinkelman en Tante Pollewop

De avonturen van Pa Pinkelman is een Nederlandse tekststrip, geschreven door Godfried Bomans en getekend door Carol Voges, die van 1945 tot 1952 in de Volkskrant verscheen. De zeer absurdistische strip was oorspronkelijk bedoeld voor kinderen, maar trok al gauw een volwassener lezerspubliek.

Ik kan me de strip nog goed herinneren. Toen ik 9, 10, 11 jaar was las ik elke morgen voor dat ik naar school ging in de krant (De Volkskrant) de avonturen van Pa Pinkelman en Tante Pollewop.
Ik had toen nog geen idee wie Godfried Bomans was. Veel later heb ik hem ook leren waarderen vanwege zijn typische humor. Die humor was al te proeven in de avonturen van Pa Pinkelman en Tante Pollewop.

P.S.
Ben momenteel (nu mijn geboorteborden allemaal vernist zijn) bezig met het schilderen van miniatuurtjes die allemaal gerelateerd zijn aan mijn jeugdjaren.
Wordt vervolgd . . .

7106 Zijn veel tradities en gewoontes helemaal opgedroogd

Vandaag – de zaterdag voor Pasen – Paaszaterdag komen herinneringen uit mijn kinderjaren naar boven.

Ik moest/mocht dan meestal twee dingen doen. De paadjes harken tussen de zaaibedden in onze achtertuin, want dan konden we op Paaszondag bij het eieren zoeken zien waar de paashaas gelopen had (!!! !!!)

En ik ging alleen of met mijn moeder naar de kerk om wijwater te halen. Op paaszaterdag was er al vroeg in een dienst het water gewijd. Achter in de kerk stonden dan grote bakken met wijwater en konden de parochianen kannen en of flessen vullen om dit water mee naar huis te nemen.

Wij deden niet zo heel veel met dat water. Ik weet wel dat er op een gegeven moment boven op de overloop een wijwaterbakje hing, maar meestentijds stond dat droog.

Tja . .  Nu vele, vele jaren later zijn veel tradities en gewoontes helemaal opgedroogd.

ZO gaat ie goed, zo gaat ie beter , alweer 16,36 km

7105 Sloijjj mi juinpijpkes

De 5 Gezondheidsvoordelen van Rucola

Bovenstaande titel van een bericht flitste van de week voorbij op mijn computer; er schoten meteen twee dingen door mijn hoofd.

Allereerst moest ik denken aan die hele rij vitrines bij de Foodmarkt in onze woonplaats. Een paar vierkante meter met SLA; allerlei soorten sla keurig verpakt. Moet die keuze wel zo groot zijn?

Dan had mijn moeder het vroeger gemakkelijker, was mijn tweede gedachte. Mijn vader zaaide en plantte in het voorjaar vele soorten groenten in onze achtertuin. Wat heb ik mijn vader toen ik wat ouder was toch vaak geholpen met het spitten en het maken van de zaaibedjes.

Als de groente volgroeid was hoefde mijn moeder maar naar de tuin te gaan en te pakken wat er voor die dag op het menu stond. Zo zie ik mijn moeder nog lopen met een grote krop sla, fris groen met zachte bladeren. Mijn moeder waste de sla en sneed er dan stukjes uienpijpjes (jonge stengels van de ui) erbij. We aten die dag dan bij de warme maaltijd (’s middags om 12 uur !!!) sloijjj mi juinpijpkes (sla met uienpijpjes).

Hoewel mijn vrouw goed, zelfs zeer goed kan koken en de sla ook zeer smaakvol bereidt, proeft de sla van de Foodmarkt toch niet als de sla van mijn moeder: sloijjj mi juinpijpkes