Kan me nog herinneren dat vroeger tijdens mijn jeugdjaren in het voorjaar ‘de grote schoonmaak’ plaatsvond. Meestal gebeurde dat als de kachel niet meer gestookt werd. Kamers werden ontruimd en waar nodig werd er ‘gewit’. De peluws gingen naar buiten; het kapok werd er uit gehaald en in de achtertuin verbrand. De peluws werden daarna van nieuw kapok voorzien. Na deze voorjaarsschoonmaak zag het hele huis er weer fris en helder uit en in sommige ruimten rook je de boenwas.
Aan bovenstaande moest ik van de week denken toen we een slaapkamer aan het opruimen waren. Een keukentafel verhuisde naar de garage en een kinderstoel veranderde van eigenaar. Twee oude, derdehandse fitnessapparaten die hier en daar aan het verweren waren stonden er nog. In een mum van tijd namen we een resoluut besluit en besloten we om de apparaten te demonteren en af te voeren. De demontage was in een paar uren geklaard en gisteren heb ik ‘het oud ijzer’ afgevoerd naar de gemeentewerf.
Toen ik vanaf de werf weer naar huis reed, dacht ik: ‘Opgeruimd staat netjes’.