Ook al had ik afgelopen week meegedeeld dat ik op zou houden met het schrijven (tikken) van herinneringen, kom ik vandaag toch op dat besluit terug. Want gisteren was het Allerzielen en de herinneringen stormden weer rond in mijn hoofd. Heel veel gebeurtenissen uit mijn jeugd hebben waarschijnlijk diepe indruk op mij gemaakt en hebben zich goed vast genesteld in mijn geheugen. ‘Het nest’ waarin ik terecht gekomen ben heeft destijds daar flink aan bijgedragen. Mijn ouders alsook mijn verblijf op de kostschool hebben daar een grote bijdrage aan geleverd.
Allerzielen dus, de dag na Allerheiligen. Met Allerzielen worden de overledenen herdacht.
Met Allerzielen moet ik ook denken aan de lessen op de lagere school waar geprobeerd werd uit te leggen wat zielen zijn, wat een ziel is. Ook werd er uitvoerig verteld over het vagevuur, waar een ziel terecht kon komen.
Ik heb ChatGPT nog maar eens geraadpleegd over de zielen en het vagevuur en daar kreeg ik het volgende te lezen:
In de katholieke en bredere christelijke leer gelooft men dat de ziel bij de dood het lichaam verlaat en verder leeft in een hiernamaals - in de hemel, het vagevuur of de hel.
Binnen de katholieke traditie wordt er op Allerzielen specifiek gebeden voor de zielen in het vagevuur. Het vagevuur, volgens de katholieke leer, is een tijdelijke staat van reiniging voor zielen die niet volledig zuiver zijn om direct de hemel binnen te gaan, maar ook niet verdoemd zijn tot de hel. Men gelooft dat deze zielen een fase van loutering moeten doorlopen om uiteindelijk bij God te kunnen zijn.
Zo heb ik het in mijn kinderjaren ook horen vertellen. Maar sindsdien heb ik er niemand meer over horen spreken.
Bidden voor de zielen: daar werd vroeger heel veel aandacht aan besteed. Kan me nog heel goed herinneren dat de priester op Allerzielen drie missen achter elkaar opdroeg in plaats van een. De drie missen benadrukten het belang van gebed voor de doden die op Allerzielen werden herdacht.
Ook het pesjonkelen was in mijn kindertijd op Allerzielen in zwang. Het woord komt van het Franse prier pour chaque oncle (‘bidden voor elke oom’).
Zie het pesjonkelen zo nog voor me in de parochiekerk van onze woonplaats.
Men liep via het portaal de kerk in, baden wat achter in de kerk, verlieten de kerk, gingen weer de kerk in, baden wat . . . Telkens als men dat herhaalde werd een volle aflaat verdiend met de intentie om die op overledenen in het vagevuur toe te passen en hen daar sneller te verlossen.
Wat zijn de tijden, de gewoonten, de inzichten toch veranderd. Als ik aan mijn kinderen vertel dat wij vroeger op Allerzielen moesten ‘pesjonkelen’ en hen dan uitleg wat we daarmee verdienden, zitten ze met hun oren te klapperen of vallen achterover van hun stoel.
Het is toch niet te geloven, dat we geloofden dat we zielen verlosten uit het vagevuur op Allerzielen.
Het vagevuur volgens Kunstmatige Intelligentie