Zaterdag las ik in ons regionaal dagblad: ‘We matchen niet zo met de nieuwe voorganger’
Osse carnavalsstichting verplaatst traditionele carnavalsmis
Jarenlang werd de Osse carnavalsmis in de Heilig Hartkerk gehouden. Daar houdt de kapelaan vandaag een ’twaalfurengebed’ als tegenhanger. De carnavalsstichting wijkt uit naar de vrijzinnigere Jozefkerk.
Op het eind van het artikel komt de kapelaan aan het woord van de kerk waar de carnavalsmis niet meer gehouden mag worden:
,,Die diensten lopen vaak de spuigaten uit. Persoonlijk vind ik dat je de Heilige Mis niet moet gebruiken om carnaval te vieren. Een praalwagen zegenen is tot daaraan toe.” De Belgische kapelaan moet niks hebben van slingers en clowns op het altaar. Hij ziet carnaval ook niet als iets katholieks. ,,In vroeger tijden bestond er een veertigurengebed om de gelovigen van dit feest weg te houden; dat is in de jaren 60 verdwenen. Voor zaterdag heb ik een eigen twaalfurenversie gemaakt.”
Tja . . . en toen moest ik denken aan het veertigurengebed dat vroeger werd gehouden als tegenhanger van de vastenavondsvieringen, als tegenhanger van carnaval.
Bij ons in de parochie werden vroeger bepaalde mannen ingeroosterd die op een speciale bidstoel voor de kerkbanken stond om daar enige tijd (minstens een uur) te bidden. Ik kan me niet meer herinneren hoe lang men precies op die bidstoel moest zitten. Mijn vader werd ook ingeroosterd en ik zie hem nu nog in zijn zondagse pak knielen op die stoel voor het altaar waar de monstrans was neergezet.
In Oss is bij de Belgische kapelaan de tijd stil blijven staan. Maar in onze woonplaats was er zondag wel een carnavalsmis en hangt de pastoor de vlag uit in plaats van het houden van een Veertigurengebed.
